Koprol: hoe kun je het kleuters aanleren in de kleuterles?
Denk je aan kleutergym, dan denk je al snel aan rollen. Over een mat, op een schuin vlak, rollen als een pannenkoek, rollen als een potlood, en natuurlijk de echte koprol!
Voor sommige kleuters een makkie, voor anderen kan het eindeloos duren voordat zij het rollen onder de knie hebben. In dit artikel lees je over methodische stapjes die je kunt volgen, om het rollen bij de kleuters aan te leren.
Definitie van de koprol
Om te beginnen zullen we je uitleggen wat een koprol precies inhoudt. Eigenlijk is de benaming van dit turnelement niet helemaal juist. Bij het woord ‘koprol’ zul je direct denken dat er gerold wordt op je kop, je hoofd dus. Dat is echter niet het geval. Bij een juist uitgevoerde koprol, maakt het hoofd niet tot nauwelijks contact met de grond of mat. Doordat je je kin op de borst moet houden, komt slechts de achterkant van je hoofd of eigenlijk je nek, in aanraking met de grond. Een ‘nekrol’ of een ‘rol’ zou dus een betere naam zijn geweest voor dit element.
Hoewel een koprol er relatief eenvoudig uitziet, is een technische goede rol maken, nog best een lastig klusje. Vooral jonge kinderen, waarbij het hoofd in verhouding tot het lichaam nog er groot is, hebben moeite met het maken van een goede koprol. Het is daarom ook erg belangrijk, om bij jonge kinderen te starten met methodishe rol oefeningen. Bij deze oefening is het belangrijk dat er niet alleen over de breedte-, maar ook over de lengte as gedraaid wordt. Op deze manier wordt het rollen optimaal geoefend en wordt het een herkenbare beweging bij de kinderen.
Rollen en draaien over de assen
Als eerste gaan we het hebben over het rollen en draaien over en om de verschillende assen. Je kan namelijk over verschillende assen rollen. Denk aan een pannenkoekenrol, een koprol en een radslag. Dat zijn verschillende draaien waarbij je om verschillende assen rolt en draait.
Rollen kan gebeuren over de lengte as, over de breedteas (zowel passief als actief) en over de diepte as.
Als voorbeeld zie je een filmpje van een koprol. Een koprol is een vorm van een rol over de breedte as.
Je ziet hier potloodje rollen op de lange mat. Potloodje rollen is een voorbeeld van een rol over de lengte as.
Hier zie je een radslag, dat is natuurlijk niet iets wat je al met peuters doet. Misschien met kleuters in de opbouwende fase, maar het is in ieder geval niet iets waarmee je begint. Een radslag of een arabier is een draai over de diepte as heen.
Bij rollen over de breedte as kunnen we het ook hebben over passief en actief draaien of rollen. Schommelen is ook een versie hiervan, daar ga ik je later nog een voorbeeld van laten zien. Je maakt hierbij weliswaar niet de hele draai om de breedte as, maar je bent al wel bezig met deels overkop gaan door bijvoorbeeld te schommelen in een opgerold matje of te schommelen in een schommel aan de trapezestok.
Enkele voorbeelden van rollen over de lengte as. Dit wordt potloodje rollen of pannenkoeken rollen genoemd in de gymsport.
Hier zie je de oefening op een schuin vlak. Hier rollen ze met z’n tweeën, dat vinden kleuters natuurlijk fantastisch om te doen.
In het volgend voorbeeld wordt het al iets moeilijker. Het vlak is recht, door het schuin vlak wordt de kleuter natuurlijk al vanzelf naar beneden gerold en bij het rechte vlak moeten de kinderen het al meer zelf gaan doen.
De juiste opbouw
Natuurlijk is er niet per se één juiste manier om op te bouwen naar een koprol. Vaak is het wel handig om te starten met methodisch rollen; oefeningen die voorbereidend zijn op uiteindelijk de volledige koprol. Bijvoorbeeld een deel bewegen van de koprol of rollen met klein materiaal of rollen van een schuin vlak, waardoor het makkelijker wordt om overkop te gaan.
Vaak is het goed om te beginnen met schommelen zodat het kind al een beetje ervaart hoe het is om heen en weer te gaan en uiteindelijk overkop te gaan. Je zou heel simpel kunnen beginnen met schommelen op de rug op een lange mat.
In dit voorbeeld zie je dat deze kleuter het lastig vindt om de kin op de borst te houden. Het is een mooi oefeningetje om dit te oefenen, dat zou je bijvoorbeeld ook in spelvorm in een warm-up kunnen doen. Dit is de breedte as.
In bovenstaand voorbeeld zie je het rollen, dit is de lengte as. Je ziet een kind schommelen in een opgerold matje in hoepels. De hoepels gaan hierdoor wel een beetje verbuigen, daarom is het handiger om oude hoepels te gebruiken. De peuter gaat nog net niet overkop, maar is al wel bezig met schommelen.
Vervolgens zie je korven, deze zijn bevestigd aan de ringen met twee touwtjes. De meeste moderne ringenstellen hebben al wel systemen waarmee de korven kunnen worden opgehangen. Ook hier zijn de kinderen bezig met een beetje overkop te gaan.
Draaien om de lengte as
Verstandig is om met de kleuters te beginnen met rol oefeningen die om de lengte as draaien. In de gymnastiek noemen we zo’n rol vaak een ‘potlood-rol’ of ‘pannenkoekenrol’.
Op een schuin vlak rol je als een pannenkoek, dus over je zij, van boven naar beneden. Je handpalmen plak je boven je hoofd tegen elkaar, en ook je voeten houd je samen. Op deze manier leert de kleuter al hoe het aanvoelt om te rollen, maar hoeft het nog niet over de kop. Zorg ervoor dat de kinderen zowel linksom als rechtsom naar beneden rollen. Het tweezijdig bewegen op deze leeftijd is erg belangrijk voor de motorische ontwikkeling.
Als kinderen het spannend vinden om op deze manier van een schuin vlak te rollen, is het eenvoudig om hierbij hulp te verlenen. Pak de handen of de voeten van het kind vast, en help het kind naar beneden te rollen.
Draaien om de lengte as met klein materiaal
Als het draaien om de lengte as goed gaat, kunnen de oefeningen met klein materiaal worden verzwaard. Het gebruik van pittenzakjes of lintjes is hierbij ideaal. Door het kleine materiaal tussen de voeten en/of handen te klemmen, worden de kinderen ‘gedwongen’ hun armen en/of benen bij elkaar te houden. Hierdoor zal de rol steeds rechter en beter gaan. Oefen ook deze oefeningen weer tweezijdig.
Samen rollen over de lengte as
Een leuke variatie in de pannenkoekenrol kan gemaakt worden door in tweetallen te rollen. Kinderen kunnen elkaars handen vasthouden, of het ene kind houdt de voeten van de ander vast. Ook dit kan worden verzwaard met het gebruik van klein materiaal.
Rollen over de breedte as
Ik laat je nu een paar voorbeeld zien van rollen over de breedte as heen. Dus ze maken al daadwerkelijk de koprol, maar wel op een manier zodat het vergemakkelijkt wordt. Bijvoorbeeld door het van een verhoogd of schuin vlak te doen. Hier zie je rollen op een schuin vlak met afzet in het wandrek doordat de voeten al wat hoger zijn is het minder moeilijk om uiteindelijk overkop te gaan. Zo worden ze al een stukje op weg geholpen.
Hier zie je een koprol van een schuin vlak. Ze pakken zo snel mogelijk de handen van een ander kindje, zo stimuleer je natuurlijk om zonder handen op te staan. Dit is een leuke vorm van impliciet leren.
In dit voorbeeld zie je dat er vanaf een blok naar beneden wordt gerold. Hierbij is het lichaam ook weer wat hoger waardoor het makkelijker wordt om de rol te maken. Het zijn simpele maar doeltreffende oefeningetjes.
Nog meer oefeningen
Dit is ook een vlak, maar hier zie je dat het vlakje alweer een stuk lager is. Dus de kinderen moeten het meer zelf doen om zichzelf over de breedte as te rollen.
In de volgende oefening wordt er al een koprol gemaakt op een recht vlak, maar de landing wordt vergemakkelijkt door deze verlaagd te doen. Ook weer een mooie impliciete manier om het zonder handen opstaan te oefenen.
Impliciet leren
Impliciet leren kan door beeldspraak en een bepaalde houding in een beweging af te dwingen. Beeldspraak is iets wat ontzettend goed werkt bij jonge kinderen.
Voorbeelden van beeldspraak zijn:
- “Houd je knieën tegen elkaar alsof er superlijm tussen zit.” Dit is een leuke die je kunt gebruiken bij het rollen. Doe alsof de kinderen eerst hun benen moeten vastplakken met superlijm en vervolgens rollen.
- “Rollen als een pannenkoek.” Die gebruik je natuurlijk bij het rollen om de lengte as, net als “Rollen als een potloodje”, hierbij kunnen de kinderen zich wat meer inbeelden in hoe dat zou moeten zijn. Een pannenkoek en een potlood zijn natuurlijk rond en lang en dat is ook de houding die zij moeten aannemen bij het rollen over de lengte as.
- “Maak je zo klein als een balletje”, dat komt veel beter over dan wanneer je zegt “Houd je kin op je borst” of “Kijk naar je buik”, dat is vaak veel te lastig te begrijpen voor kinderen van vier of vijf jaar. Door aan te geven dat ze zich zo klein mogelijk moeten maken, als een balletje, dat is veel duidelijker en veel beter voor te stellen voor jonge kinderen.
- “Ga zo snel mogelijk op je voeten staan want de vloer is lava.” ‘De vloer is lava’ is natuurlijk een spelletje dat ze allemaal graag spelen. Dat werd vroeger ‘voetje van de vloer’ genoemd. Hierdoor rollen kinderen zo snel ze kunnen en gaan ze ook weer snel op hun voeten staan.
De juiste houding ‘afdwingen’
Een andere vorm van impliciet leren is de juiste houding afdwingen. Zorgen dat ze beweging moeten maken zoals die eigenlijk moet. Dat kan met klein materiaal. Bijvoorbeeld rollen om de lengte as met pittenzakjes doordat de kleuter een pittenzakje in de handen en tussen voeten heeft. Zo wordt ze gedwongen om haar voeten en handen bij elkaar te houden en rolt ze automatisch rechter dan wanneer ze haar benen en haar armen uit elkaar zou doen.
In dit voorbeeld rolt het kind door de hoepel heen. Doordat ze weet “Mijn benen en mijn lijf moeten door deze hoepel heen” kan ze zich niet veroorloven om haar benen uit te strekken. Dus je dwingt af dat ze in een kleine houding blijft en ze een mooi bolletje maakt.
Hier wordt een pittenzakje tussen de knieën en onder de kin gedaan. Hiermee wordt afgedwongen dat het meisje haar knieën bij elkaar houdt en ook haar kin op de borst. Hierdoor kan ze netjes opstaan, ook door de verlaagde mat. Doordat ze haar benen mooi bij elkaar heeft en mooi rond blijft wordt het een mooie en soepele beweging die ze maakt.
Verdere voorbeelden
In de video hieronder opnieuw een rol met z’n tweeën. Doordat dit jongetje de handen van het meisje moet vasthouden wordt hij gedwongen om alvast voorover te gaan en hierbij is ook weer beeldspraak gebruikt door te zeggen “Kijk naar het meisje achter je.” Hierbij dwing je af dat de kleuter het hoofd tussen de handen houdt en de kin op de borst.
Bij deze situatie hebben we de verhoging gebruikt. Hierbij dwing je af dat de heupen al wat hoger zijn dan wanneer je dit vanuit een gehurkte houding zou doen. Zodra hij zijn handen neerzet is hij natuurlijk al deels overkop. Hij heeft zijn handen neergezet en hij hoeft maar een heel klein beetje af te zetten om de rest van de rol te maken.
Hier zie je nog een oefening vanaf het blok, deze hebben we ook al gezien maar nu met klein materiaal. Er wordt weer gebruik gemaakt van pittenzakjes tussen de knieën waardoor ze worden gedwongen om de benen bij elkaar te houden. Je zou hier ook nog een pittenzakje onder de kin kunnen doen, dan houden ze mooi de kin op de borst. Maar vaak wordt dat ook al wel afgedwongen door het verhoogde blok.
Passief draaien om de breedte as
Als de kleuter gewend is aan het lengte as draaien, kan er worden gestart met het aanleren van de koprol, een draai om de breedte as. We beginnen hierbij met passief rollen. Passief rollen houdt in dat het kind nog niet daadwerkelijk over de kop gaat, maar al wel de beweging van het breedte-as rollen inzit. Dit kan bijvoorbeeld door het kind op de rug te laten liggen en een bolletje van zichzelf te maken. Vervolgens schommelt het kind zo hard als hij/zij durft heen en weer.
Ook kan het kind een kleine kaars maken en vervolgens tot stand of hurkzit op de voeten komen. Hiermee wordt het laatste deel van de koprol geoefend. Deze oefening kan weer met of zonder klein materiaal gedaan worden.
Een andere vorm van passief rollen is schommelen in een schommeltol. Hierin kan het kind zelf de snelheid bepalen.
Actief draaien om de breedteas
Beheerst de kleuter het passief rollen, dan kan er gestart worden met de koprol. Een methodische oefening is rollen vanaf een schuin vlak. Hierdoor heeft het kind al vaart naar beneden en rolt het makkelijker over de kop. Door middel van pittenzakjes onder de kin kan gestimuleerd worden om de kin op de borst te houden. Door een pittenzakje tussen de knieën te houden, wordt het kind ‘gedwongen’ de benen tegen elkaar te houden. Dit is ook wel een vorm van “impliciet leren”. Allemaal methodische oefeningen om de koprol op een juiste manier uit te voeren.
Tips bij het aanleren van de koprol
- begin met het rollen om de breedte-as
- maak gebruik van klein materiaal
- laat kinderen samen oefenen, werk in tweetallen
- bied veel variatie aan
- zorg voor een veilige en ‘zachte’ leeromgeving
Differentiatie bij het rollen
Je zult vast kleuters in de gymles hebben die al snel toe zijn aan een wat moeilijkere variant van de koprol omdat ze al snel op een recht vlak een mooie rol kunnen maken waarbij ze zonder handen opstaan en mooi gehurkt blijven met hun kin op de borst. Dan zou je kunnen beginnen met achterover rollen, rollen op een smal vlak, op een verhoogd vlak of meerdere rollen achter elkaar.
Hierboven zie je een voorbeeld van de koprol achterover tot ligsteun met klein materiaal erbij, ze moeten door de hoepel.
Vaak zie je bij de koprol achterover dat ze de benen meteen richting handstand willen doen waardoor de rol niet meer lukt. Dan is dit een leuke methodische oefening. En ze zijn gezellig met z’n tweeën bezig.
Hier zie je een koprol zonder handen, dit is ook een leuke variatie. De kin moet hiervoor wel al goed op de borst zijn met de normale koprol.
Meer uitdaging nodig?
Heb jij kleuters in de groep die het rollen maar simpel vinden en nóg meer uitdaging nodig hebben? Wellicht kun je dan proberen om te gaan rollen op een smaller vlak. En zo uiteindelijk gaat toewerken naar koprol op de balk. Hiervoor zijn vele stapjes te bedenken om dit op te bouwen. Hieronder enkele oefeningen die je zou kunnen aanbieden in je gymles:
Oefeningen voor de koprol
Ik hoop dat je met deze methodische voorbeeldjes wat inspiratie opgedaan hebt. Tot slot wil ik nog benadrukken dat ieder kind in zijn of haar eigen tempo leert. We hebben een beetje een methodische opbouw doorgesproken, maar dit zal heus niet voor alle kinderen gelden. Er zullen kinderen zijn die het rollen om de lengte as nog heel lastig vinden, maar al wel een hele mooie koprol kunnen maken. Varieer dus ook zo veel mogelijk in je les en blijf wekelijks rollen aanleren. Forceer nooit; er zijn altijd kinderen die het onwijs spannend en angstig vinden om overkop te gaan. Als je dit merkt, ga dan niet dwingen maar ga juist weer een stapje terug en heb vertrouwen in het proces. Als je lang genoeg de makkelijke versies van het rollen aanbiedt gaat zo’n koprol wel vanzelf komen.
Meer tips?
Mocht je meer tips kunnen gebruiken raad ik je aan om eens een kijkje te nemen op het kleuterplatform van Beter Turnen. Het is een platform met alle methodische grondvormen van bewegen uit de kleutergym uitgelicht. We hebben meer dan 500 methodische oefeningen, allerlei korte filmpjes, leuke tips en les ideeën hoe je de grondvorm van bewegen spelenderwijs en op een creatieve manier kunt aanbieden. Naast deze methodes en filmpjes hebben we nog heel veel andere praktische tools voor je kleuter gymlessen.
Kleutergym platform
Het platform is zowel op de laptop als op de app te bekijken. De app heet Huddle. We hebben ook een community waar je met trainers kunt sparren over verschillende onderwerpen uit de gymsport. Er staan methodische filmpjes op, grondvormen van bewegen. Als je deze aanklikt kom je in een videobestand. Je kan door alle video’s scrollen en bekijken en wat leuks uitkiezen voor je lessen. Daarnaast hebben we nog veel ander materiaal, zoals bijvoorbeeld yoga kaarten, yogalessen, video’s. De kaarten kun je uitspringen en in je les gebruiken.
Ook hebben we acrogym voor kleuters, allerlei leuke oefenvormpjes zowel in hun eentje als voor twee, drie of vier kinderen. Daarnaast vind je er meerdere kant-en-klare leskaarten zodat je in één oogopslag ziet wat je in je les gaat doen. Er staan meestal vier verschillende grondvormen van bewegen op de leskaart en een handige toestellen agenda, zodat je weet wat je moet klaarzetten. Als je geen tijd hebt om je les voor te bereiden kan je heel snel en praktisch een leskaart erbij pakken.
Ik hoop dat je wat gehad hebt aan deze tips en oefeningen. Mocht je nog tips of suggesties hebben voor andere onderwerpen hoor ik het heel graag. Wie weet zie ik je binnenkort op het platform van Beter Turnen!