Als recreatietrainster had ik elke week een goede work-out aan het opbouwen en afbreken van de zaal. Als ik dan ook nog eens een kleuterles voor de recreatieve uren had, was het helemaal feest! Zelfs toen ik met oudere meiden ging werken was het niet geheel vanzelfsprekend dat er goed geholpen werd met het op- of afbouwen van de zaal. Ik vermoed een bekend fenomeen voor veel train(st)ers en daarom in deze blog wat tips uit eigen ervaring voor dat vervelende karwei dat toch elke training gedaan moet worden!
Ouders bij opbouwen en afbreken
Waarschijnlijk de meest voor de hand liggende optie; ouders. Ze zijn er vaak toch en daarom kun je ouders best vragen een handje te helpen. Sommige ouders zullen het zelf aanbieden, anderen moet je misschien even vragen. Bij het opbouwen zijn ze misschien niet altijd aanwezig, maar zeker bij het afbreken kunnen ze ervoor zorgen dat de zaal weer snel spik en span is. Let wel op dat ouders niet altijd weten hoe ze met het materiaal moeten omgaan! Check dus toestellen altijd zelf nog even en laat ouders liever niet zelf lastigere toestellen opzetten. De meeste zalen waar ik overigens lesgaf hadden plaatjes voor de indeling van het materialenhok. Dat helpt natuurlijk extra, want ouders kunnen gewoon daarop kijken hoe het moet staan.
Plattegrond en vaste taken
Het kan handig zijn om turnsters die altijd vroeg zijn of assistenten die op tijd aanwezig zijn vaste taken te geven. Dit vergt wel enige voorbereiding vanuit jouw kant, want een plattegrond is handig. Maak een plattegrond en zet er namen bij. Degene die dan binnenkomen kunnen meteen zien wat ze moeten/kunnen doen. Je kunt voor de jongere kinderen ook met kleuren werken. Maak ook duidelijke afspraken met je turnsters over het opbouwen en afbreken. Zorg dat iedereen een taak heeft en deze duidelijk is. Zorg ook dat ze snappen dat dit een gezamenlijke verantwoordelijkheid is omdat ze anders niet met de training kunnen beginnen.
Als je turnsters veel laat helpen, kan het fijn zijn om, voor zover mogelijk, de spullen al richting de juiste kant van de zaal te rijden zodat het daar alleen maar hoeft opgezet te worden.
Lesvoorbereiding voor opbouwen en afbreken
Mocht je met verschillende groepen achter elkaar zitten en niet in elke groep hetzelfde doen (zoals kleuters en recreatieve turnsters) dan kan het handig zijn om in je voorbereiding rekening te houden de onderdelen die je die les gaat doen. Als je bijvoorbeeld de balk opzet voor je kleuters maar je die eigenlijk in je lessen daarna niet nodig hebt, dan kun je dat misschien beter anders doen. Voorkom onnodig veel ombouwen door de balk dan in alle lessen te gebruiken.
Ook kun je situaties misschien op verschillende manieren gebruiken voor de groepen die na elkaar zitten. Een schuin vlak kan natuurlijk gebruikt worden voor boomstamrollen bij de kleuters, de rol voorover bij de 6-8-jarigen en voor een flik-flak bij de 12+.
Instructie
Tijdens de niveau 3 cursus komt het uitgebreid aan bod: Wie, wat, waar, wanneer, welke wijze en wat dan. Wees duidelijk wat je van je turnsters of ouders verwacht door deze zaken af te bakenen. Je hebt zo zelf makkelijk overzicht en kunt ook snel zien wie je weer aan het werk kunt zetten.
Communicatie en het samendoen is dus eigenlijk het belangrijkste bij het snel opbouwen en afbreken van de zaal. Er wordt niet voor niets gezegd, vele handen maken licht werk.
Ben je nog opzoek naar situaties die je voor meerdere onderdelen kunt inzetten of wil je met andere trainers meer tips uitwisselen over dit onderwerp? Kijk dan op de site van Beter Turnen.